Stoplicht

We hebben al een tijdje een stoplicht in het STEAMlab. “Dat heet ‘verkeerslicht’,” corrigeert een vierdejaarsstudent mij.

Wachtend voor een rood stoplicht onderdruk ik mijn ergernis en denk ik na over de naamgeving. Die apparaten met rood-oranje-groen licht waren ooit bedacht om het verkeer te regelen; verkéérslichten dus. Nu ben ik gestopt voor een rood verkeerslicht, daarom noem ík het een stóplicht! Als datzelfde stoplicht groen wordt dan rijd ik door, dan is het een doorrijstoplicht. Dat is vreemd: dóórrijden bij een stóplicht. Doorrijden is logischer bij een groen verkéérslicht! Ik ga mijn naamgeving voor stoplichten bijstellen!

Het verkeerslicht staat op rood of op groen, je kunt er in 116 woorden heel wat mee doen!