Wodan

“Bent u bang voor honden?” vraagt de dame. Ze kwam snel door de bocht gefietst en stopte op een paar meter afstand van mij. Zit een hond achter haar aan?

“Nee,” antwoord ik. Bang voor honden ben ik niet. Ik vind honden vooral onvoorspelbaar en vies met hun kwijlsnuit en modderpoten.

“O, fijn. Hij doet niets hoor.”

Hij? Dan roept de dame: “Wodan! Kom!”

Wodan??? Misschien ben ik toch een beetje bang. Uit het struikgewas doemt een gevaarte op met een ‘Wodanformaat’. Het rent recht op mij af. Ik verstijf. Wodan maakt een draai en dendert met kwijlsnuit, zwiepende staart en opspattende modderkluiten rakelings voorbij.

Wandelen is fijn, maar waarom ‘wandelt’ daar ook zo’n Wodan?