Stoel

Het is koud; íjzig koud. Gelukkig is de school waar ik een stagebezoek breng lekker warmgestookt.

In het lokaal zegt de student: “Kijk Rob, ik heb al een stoel voor jou klaargezet!” Mijn hart maakt een sprongetje: een stóel, met arm- en rugleuning. Ik neem plaats en geniet van het zitcomfort én van de koffie die ik gekregen heb.

Comfortabel zittend typ ik op mijn iPad een verslag van het lesverloop. Langzaamaan voel ik dat mijn vingers koud worden. Ik voel ook tocht langs mijn benen. Als ik om mij heen kijk zie ik het: het raam achter mij staat open. OPEN!!! Naast mijn stoel! Bij min zeven!

Mijn zitcomfort heeft helaas een hoge prijs!