“Wat heb jíj́ nou aan?”
“Heb jij een hóódie aan?” Iedereen maakt opmerkingen over mijn hoodie.
Lees verder “Roodie”Alledaagse verhalen in 116 woorden
“Wat heb jíj́ nou aan?”
“Heb jij een hóódie aan?” Iedereen maakt opmerkingen over mijn hoodie.
Lees verder “Roodie”December, periode van bezinning én periode van verrassing.
Een student is al wéken bezig met een speciale decemberactie: “Ik maak een decemberkalender voor jullie!” De dagen vóór december worden allerlei pakjes op tafel uitgestald, met waarschuwing: “Niet mee rammelen hoor!” Lastig, want de pakjesformaten maken nieuwsgierig en lokken rammelen en voelen juist uit.
Lees verder “Decemberkalenderverrassing”Tradities zijn er heel erg veel
en ik ben best traditioneel.
Mijn kerstboom mag er dus pas staan
als Sint van ons is weggegaan.
Maar met de Sint nog in het land
smeet ik tradities aan de kant
en met studenten bouwde ik
een Kérstdorp, tot mijn grote schrik.
Dat dorp dat levert nú plezier:
studenten wijzen: “Ik woon hier!”
“En ik woon bij dat bankje daar.”
“We drinken koffie bij elkaar!”
Gesprekken die spontaan ontstaan
als mensen bij het Kerstdorp staan!
Tradities komen én ze gaan
zo is het eeuwenlang gegaan.
Bedenk: jij hebt altijd een keus;
flexibel leven is de leus!
Mijn boom heb ik dus neergezet
zo heb ik extra dagen pret!
Stagebezoek. Kinderen ontwerpen en bouwen een stad. Een uitdagend onderdeel is het bouwen van een brug: hoe construeer je een brug die de zwaarste last kan dragen?
Lees verder “Logica”